Een leven lang al maakt Stef Bos liedjes vanuit het verlangen om tegenstellingen te durven zien én ze bij elkaar te brengen. ‘Eigenlijk maak ik één lang lied.’

door Arjan Broers

‘Ik heb een theorietje over jou’, begin ik, want soms moet je iemand die al dertig jaar in de spotlights staat een beetje prikkelen. Maar dat is hier niet nodig. Stef Bos zet koffie en neemt me mee over zijn lommerrijke en vrolijk chaotische woonstek, net over de Belgische grens. Zijn kinderen hebben er speelruimte, zijn vrouw Varenka Paschke een atelier, er is een huiselijke muziekstudio en een plek vol licht en boeken waar wij neerstrijken.

Stef Bos bruist van de energie en, ja, van vertrouwen. ‘Ik hoop dat ik aan het einde van dit interview weer iets meer van mezelf begrijp’ zegt hij. Het is geen koketterie. Hij laat zich bevragen, stelt wedervragen, zoekt naar woorden. ‘Ik heb een roeping’, zegt hij. ‘Iets heeft me in beweging gebracht om verhalen te verzamelen en terug te geven.’

Even later verwoordt hij het scherper. ‘Misschien is mijn werk eerder noodzaak dan roeping’, zegt hij. ‘Er komt zoveel bij me binnen, ik moet oppassen dat het me niet te veel wordt. Daarom ben ik ooit de stad uitgegaan. Ik moet mijn indrukken kanaliseren en dat doe ik met liedjes.’

Wat wordt je dan te veel?

‘Ik vind dit een moeilijke tijd. Ik heb soms zo’n moeite met het materialisme, de leegte die veel mensen ervaren en de valse gedachte dat je gelukkig wordt door spullen te kopen. We durven niet in het grotere geheel te staan.’

Je vader vroeg je ooit: waar geloof jij in?

‘Ik was zestien en protestants opgevoed, maar ik geloofde er niet meer in. Dat zei ik hem, een beetje bozig zoals een puber dat doet. Hij ging niet met me in discussie, maar vroeg me: “Vertel eens, waar geloof je dan wel in?” Briljant hè? Een vraag waarmee ik op weg kon.’

Lees de hele tekst – en ook mijn theorietje over Stef Bos – in de papieren editie ‘Verlangen’ van Klooster Magazine. Het artikel is ook te lezen op de website van Stef Bos.