In de eerste decennia na de tweede wereldoorlog blijken uitgevers niet geïnteresseerd in de dagboeken en brieven van de joodse Etty Hillesum (1914-1943). Wanneer het uiteindelijk lukt om een selectie van haar werk gepubliceerd te krijgen, brengt dit in het Nederland van de jaren ’80 een storm van uiteenlopende reacties teweeg: naast onbegrip en afwijzing ook bewondering en (h)erkenning.

Waren dit nu de geschriften van een overjarige egoïstische bakvis of van een heilige? Vooringenomen kritiek en kritiekloze mythologisering kenmerken deze eerste periode van de receptie van Etty Hillesum.

Al te eenzijdige beeldvormingen zijn inmiddels genuanceerd door de volledige en wetenschappelijke uitgave van Hillesums geschriften. Toch wordt haar werk vanaf de jaren ’90 nog steeds door heel verschillende, levensbeschouwelijke en soms vereenvoudigende brillen gelezen en geïnterpreteerd. Beelden blijven botsen. Daarbij vormt de niet aflatende stroom van interpretaties uit het buitenland – gebaseerd op vertaalde selecties – een hoofdstuk apart. Etty Hillesum in facetten vertelt, toont en analyseert verschillende aspecten van de gecompliceerde receptiegeschiedenis van Etty Hillesum. De auteurs gaan niet alleen in op de ontvangst van Etty Hillesum in Nederland, maar ook op vertalingen en beeldvormingen in het Franse, Italiaanse en Engelse taalgebied.

Onder redactie van Ria van den Brandt en Klaas Smelik. Met bijdragen van Klaas Smelik, Piet Schrijvers, Ria van den Brandt, Denise de Costa, Philippe Noble, Gerrit van Oord, Anouta de Groot en Arjan Broers.

Damon, Budel 2003, ISBN 90-5573-439-x