Driekwart van de ouderen in Nederland beschouwt zichzelf als gelovig, bijna zeventig procent vindt geloof belangrijk in het leven. Dat lijkt weinig verrassend, totdat blijkt dat ook onder ouderen zoeken normaal is geworden, en weten of geloven uitzonderlijk. Ouderen zijn veel met spiritualiteit bezig, praten er graag over en zijn ook bereid om hun opvattingen ter discussie te stellen.

Dat staat in het boekje ‘Het zoeken niet moe’, gemaakt in opdracht van de Unie KBO met onderzoeksgegevens van onderzoeksbureau KASKI.Het zoeken niet moe is gepresenteerd op 26 september in Huissen voor meer dan 300 KBO-leden. De grootste ouderenorganisatie van Nederland wijst al jaren op het belang van spiritualiteit voor het levensgeluk van senioren, en wil een platform zijn voor gesprekken over levensbeschouwing, spiritualiteit en geloof. Daarom gaf de Unie KBO aan KASKI de opdracht om preciezer te kijken naar de gegevens uit het lange en grote onderzoek ‘God in Nederland’. De resultaten daarvan zijn, samen met verhalen van ouderen en gespreksvragen, verwerkt in dit nieuwe boekje. (Ontwerp: Ron Beumer).

Katholieke ‘ietsisten’
Opvallend is onder meer dat de inhoud van het geloof van ouderen minder christelijk is geworden. Nog maar een kwart van alle ouderen gelooft in een persoonlijke God. Van de katholieke ouderen gelooft nog maar een derde dat er een persoonlijke God bestaat. Meer dan de helft van hen gelooft in ‘een hogere macht’, in ‘iets’. Daarmee is het ‘ietsisme’ ook bij meelevende katholieke ouderen de meest voorkomende manier van geloven geworden. Bovendien gelooft nog maar een derde van alle katholieke ouderen in een leven na de dood.
Het traditionele geloof kalft af, ouderen gaan minder naar de kerk, maar ze hechten wel aan kerkelijke rituelen. Bovendien is duidelijk waar te nemen dat men de moraal van de kerk te streng vindt.

De natuur is de poort
Tachtig tot negentig procent van alle 55-plussers heeft zich wel eens diep geraakt gevoeld door de schoonheid van de natuur. Andere mystieke ervaringen (‘het gevoel dat alles volmaakt is’ of ‘het gevoel één te zijn met alle dingen’ of ‘in nauw contact staan met iets heiligs’) worden veel minder herkend, en wel door ongeveer een kwart tot een derde van de ouderen.
Tegelijk blijft bidden populair en kiest men het liefst voor kerkelijke rituelen als er iets gevierd of gemarkeerd moet worden. Zestig procent van alle ouderen bidt minstens elke week. Onder katholieken is dat aandeel groter.

Zoekers
Ongeveer driekwart van alle ouderen vindt geloof een zoekproces, niet zozeer een systeem van vaste overtuigingen. Ze vinden dat je zelf te rade moet gaan bij allerlei bronnen, tradities en ideeën, en staan open voor de ontwikkeling en verandering van hun spiritualiteit. Waarheid moet innerlijk ervaren worden, en religie kan uit vele bronnen opwellen. Acht op de tien 55-plussers heeft er dan ook geen moeite mee om de eigen opvattingen over de zin van het leven ter discussie te stellen.